Betekenislijst

Veel voorkomende uitdrukkingen rond politie en justitie optreden en wat dat voor iemand betekenen kan …

Aanhouden: Op verdenking van het plegen van een strafbaar feit kun je door een politieagent ‘ aangehouden’ worden en meegenomen naar het politiebureau. Daar kan men je zes uur vasthouden voor verhoor. De tijd tussen 0.00 uur ’s nachts en 09.00 uur ’s morgens telt niet mee bij die zes uur. Als je je identiteit niet prijs wilt geven kan je zes uur langer opgehouden worden voor verhoor. Als men je langer wil vasthouden wordt je in verzekering gesteld.

Advocaat: Als je in verzekering wordt gesteld heb je recht op een advocaat. Een advocaat is iemand die afgestudeerd is in rechten en jou op dit gebied kan verdedigen, hij is er dus voor jou. Als je niet veel geld hebt kan men jou een advocaat toevoegen (een advocaat die met subsidie betaald wordt). Als je in verzekering zit wordt een advocaat gewaarschuwd via de piket dienst (een soort wacht/noodhulp waarbij advocaten opgeroepen worden). Soms duurt het even voordat de advocaat bij je komt. Als je zelf een advocaat kent, kun je vragen om die te bellen.

Algemeen Plaatselijke Verordening, APV: De Algemeen Plaatselijke Verordening, is de plaatselijke wetgeving van de stad Dordrecht (en andere steden, ieder heeft er zijn eigen vorm van). Daarin staan allemaal extra regels waaraan je je moet houden als Dordtenaar. Deze plaatselijke wet wordt vastgesteld door de Gemeenteraad van Dordrecht. Het is belangrijk dat we allemaal samen goed blijven kijken of de artikelen van de APV wel zo uitgelegd worden door politie en het Openbaar Ministerie als zij oorspronkelijk bedoeld zijn. Het kan maar niet zo zijn dat mensen te pas en te onpas op een of twee artikelen beboet worden, zonder dat daar een goede reden voor is. Meer informatie over de APV is te vinden via cms.dordrecht.nl

Arresteren: zie aanhouden

Belediging: In Dordrecht worden regelmatig mensen aangehouden voor belediging van een ambtenaar in functie. Op het ogenblik wordt iets dat je tegen een politieagent zegt sneller dan voorheen opgevat als een belediging. Belediging van een ambtenaar is geen overtreding maar een misdrijf. Bij verdenking van een misdrijf hebben agenten meer bevoegdheden als wanneer iemand verdacht wordt van een overtreding. Er is een speciale richtlijn Zie hierop-gesteld voor het handelen van de politie Dordrecht bij belediging, maar daar lijken een aantal agenten van dit korps zich niet aan te houden. Men hoort eerst te waarschuwen, maar vanuit de door ons opgetekende burgerlijke processen verbaal blijkt dat mensen vaak worden aangehouden en in de boeien geslagen worden, zonder dat er eerst gewaarschuwd wordt.

Beperking: dat betekent dat je tijdens je vastzitten op het politiebureau geen bezoek mag ontvangen of geen telefoontjes mag plegen. Voor zover ons bekend zijn er geen richtlijnen voor het ontvangen van bezoek als je in verzekering bent gesteld of op wordt gehouden voor verhoor, wellicht is dat de reden dat mensen geen bezoek kunnen ontvangen en niet mogen bellen. Je mag wel contact met je advocaat onderhouden.

Betekenen: als een dagvaarding aan jou persoonlijk gegeven wordt, wordt gezegd dat hij aan jou betekend is. Men weet dan dat je hem echt ontvangen hebt. Ook als een van je huisgenoten de dagvaarding aanneemt, of je dakloos bent en je dagvaarding weer teruggestuurd wordt naar de rechtbank, heet dat betekenen.

Cannabis: In de Algemeen Plaatselijke Verordening van Dordrecht staat artikel 2.4.11, waarin het openbaar gebruik van drugs (geen onderscheid tussen soft- en harddrugs) verboden wordt. Jarenlang heeft de politie geverbaliseerd (een bon gegeven) op het roken van een jointje in het openbaar. Eigenlijk mag de politie dat alleen doen als er overlast is geconstateerd. Iemand moet er last van hebben en dat moet de politie per geval aantonen. Als je nu een bon hebt gekregen terwijl er geen sprake was van overlast, betaal die dan niet, maar laat het bij de rechter voorkomen en zorg dat jij kunt bewijzen dat er geen sprake was van overlast. Dat kun je doen door getuigen mee te nemen of door de politie aan de rechter te laten bewijzen dat er wel sprake was van overlast.

Dagvaarding: Is een papier waarmee aan jou verteld wordt wanneer je voor de rechter moet verschijnen en wat de reden daarvan is, wat jou ten laste gelegd wordt, aan welk strafbaar feit je je schuldig hebt gemaakt volgens de dagvaarding. Let op: als de dagvaarding persoonlijk aan jou gegeven wordt (dat heet betekenen) en je gaat zelf niet naar de rechtzitting, dan krijg je zelf geen bericht van de uitspraak van de rechter. Daar zul je zelf over moeten bellen naar de rechtbank. Meestal wordt er gelijk bij de rechtzitting uitspraak gedaan en heb je maar twee weken om in hoger beroep te gaan. Daarna kan het vonnis niet meer aangevochten worden.

Hoger Beroep: Als je het niet eens bent met de veroordeling door de rechter, met het vonnis, dan kun je in hoger beroep gaan. Dat betekent dat je zaak bij een hogere rechter opnieuw beoordeeld wordt. Zorg dat je wel op tijd in hoger beroep gaat, meestal heb je na de eerste uitspraak 14 dagen en dat is niet lang. Hoger beroep moet je zelf persoonlijk instellen bij de Centrale Balie van de rechtbank waar jouw zaak is behandeld. Er wordt dan een zogenaamde akte van rechtsmiddelen opgemaakt, die jij moet ondertekenen. Je krijgt een kopie mee als het bewijs van het instellen van een hoger beroep.

Hulp officier van Justitie: is een politiebeambte die meer bevoegdheden heeft. Meer bevoegdheden betekent bijvoorbeeld dat hij mag beslissen of de politie een huis binnenvalt, dat hij moet onderzoeken of iemand terecht is aangehouden en er zijn meer gevallen waarin juist een hulpofficier van Justitie beslissingen neemt die niet door een gewone agent genomen kunnen worden.

Inbewaringstelling: Als de Officier van Justitie een inbewaringstelling vraagt, betekent dat dat het Openbaar Ministerie je langer wil vasthouden. Dan word je voorgeleid bij de Rechter Commissaris. Het kan zijn dat er maar weinig tijd is om goed met je advocaat te praten omdat deze je pas vlak voor de voorgeleiding in het cellenblok van de rechtbank mag opzoeken. De rechter commissaris beoordeelt of het nodig is om je langer vast te houden. Om je langer vast te houden moeten er ernstige bezwaren (dat wil zeggen een stevige verdenking van betrokkenheid bij een strafbaar feit) aanwezig zijn. Ook moet er minimaal een van de vier gronden die in de Wet genoemd worden aanwezig zijn: 1. je moet verdacht worden van een feit waarop minimaal 12 jaar gevangenisstraf opgelegd kan worden en waardoor de rechtsorde is geschokt; 2. er bestaat een kans dat je zoiets weer zou kunnen doen of al in het verleden hebt gedaan (recidive); je hebt geen vaste woon- of verblijfplaats of vanwege het onderzoeksbelang van de politie (je zou het onderzoek kunnen belemmeren).

In verzekeringstelling: als het Openbaar Minsterie je na de eerste ‘zes’ uur verder wil vasthouden, en die zes uur wordt niet met zes uur verlengd omdat je je indentiteit niet wilt prijsgeven, word je in verzekering gesteld. Daarbij zegt de wet dat gelijk in het begin een advocaat aanwezig zou moeten zijn, maar dat gebeurt niet altijd, de advocaat wordt wel zo snel mogelijk via de piketdienst gewaarschuwd. De in verzekeringstelling duurt vanaf je aanhouding maximaal drie dagen en kan met drie dagen worden verlengd. Wel moet het Openbaar Ministerie je dan binnen drie dagen en vijftien uur aan de Rechter Commissaris voorgeleiden om de rechtmatigheid van de inverzekeringstelling te laten toetsen. Meestal gaat dit samen met het verzoek (tot in bewaringstelling)van de Officier van Justitie om je 14 dagen langer vast te houden. De Rechter Commissaris zal op dit verzoek moeten beslissen.

Officier van Justitie: Hij is degene van het Openbaar Ministerie (OM) die jou vervolgt, hij onderzoekt of het nodig is dat je voor de rechter komt of een schikkingsvoorstel krijgt. In de rechtszitting zal hij ervoor pleiten dat je gestraft wordt en aangeven welke straf hij eist. Voor de rechtszitting doet hij onderzoek om zoveel mogelijk bewijs te vinden voor jouw schuld. Als hij vindt dat je niet schuldig bent, zal hij je niet vervolgen, hij ziet dan van vervolging af, dat heet seponeren. Daar krijg je schriftelijk bericht van.

Onherroepelijk: als je veroordeeld bent tot een straf en je bent niet binnen de vereiste termijn (meestal twee weken) in hoger beroep gegaan, dan is je vonnis onherroepelijk geworden. Dan kun je er niets meer tegen doen.

Openbaar Ministerie: in Dordrecht en omstreken zit een parket (afdeling/vestiging) van het Openbaar Ministerie. Dat Ministerie vervolgt namens de staat mensen die zich niet aan de wet houden. Meestal wordt daar een beleid op gesteld, het ene strafbare feit wordt wel actief vervolgd en het andere niet. Het betekent dat het OM zoekt naar voldoende bewijzen, die verzamelt en als dat kansrijk lijkt de verdachte dagvaardt. Bij de rechtbank zal de Officier van Justitie namens het OM zeggen waarvan iemand verdacht wordt en waarom en hoeveel straf hij vindt dat iemand moet krijgen.

Proces Verbaal: betekent letterlijk een woordelijk verslag. Van je verhoor wordt een proces verbaal gemaakt. Daar hoor jij een kopie van te krijgen, maar in Dordrecht en ook elders in het land gebeurt dat in ieder geval niet aan iemand, die als verdachte verhoord is. Ook van de rechtszitting wordt een proces verbaal gemaakt. Verklaringen van politieagenten op het bureau (die jij alleen te zien krijgt als je gedagvaard wordt, je advocaat de stukken opvraagt en ze aan jou laat zien) heten ook Proces Verbaal.

Rechter Commissaris: dit is een speciale rechter die beslissingen moet nemen, tijdens het vooronderzoek, voordat iemand vervolgd wordt. Bijvoorbeeld over de inbewaringstelling (ook wel voorlopige hechtenis genoemd). Bij het vooronderzoek, voordat de rechtszitting begint, is hij degene die daar de leiding aan geeft. Je kunt hem dan ook verzoeken voor jou ontlastend materiaal te onderzoeken (als jij weet dat er personen of bewijzen zijn die jou juist vrij spreken).

Rechtszitting: In je dagvaarding staat wanneer je voor welke rechter in welk gerechtsgebouw moet verschijnen. Zodra je opgeroepen wordt omdat jouw rechtszaak begint, begint de rechtszitting, waarin eerst de Officier van Justitie zijn verhaal houdt, waarom hij het zo erg vindt wat je hebt gedaan. Daarna zal de rechter je eerst waarschuwen dat je goed op moet letten en dan aan jou en andere betrokkenen vragen stellen hoe alles in het werk is gegaan (onderzoek ter terechtzitting). Daarna vertelt de Officier wat hij vindt dat je voor straf moet krijgen (de eis), daarna kan jouw advocaat vertellen wat die ervan vindt en waarom (pleidooi). Dan kan de Officier weer antwoorden (repliek). Als laatste mag jij als verdachte zelf altijd het woord voeren. Daarna komt de uitspraak van de rechter, het vonnis, waarbij hij –als hij je niet vrijspreekt of ontslaat van rechtsvervolging- vertelt wat de straf is die hij aan je oplegt.

Reclassering: dit is een speciale organisatie die oorspronkelijk alleen aan de kant van de verdachte stond. Nu verzorgt de reclassering ook rapportages voor de rechtbank. Begeleidt een veroordeelde bij de uitvoering van de taakstraf en houdt een oogje in het zeil hoe het met iemand die met Justitie in aanraking is gekomen verder gaat. Sinds nieuwe wetgeving in januari 2005 kun je geen hulp meer vragen aan de reclassering.

Seponeren: als je aangehouden bent of verdacht wordt van een overtreding of misdrijf kan het Openbaar Ministerie besluiten je te vervolgen. Ze zullen je dan door je een dagvaarding te sturen of te overhandigen laten weten dat je voor de rechter moet verschijnen en waar je schuldig aan geacht wordt te zijn. Soms onderzoekt een Officier van Justitie de vermeende overtreding of het vermeende misdrijf en vindt dan niet genoeg bewijzen of komt er achter dat het allemaal niet zo belangrijk of zwaar is. Dan kan hij besluiten om het er maar bij te laten zitten en je niet te dagvaarden, dat heet seponeren. Doet hij dat nadat je in voorlopige hechtenis hebt gezeten ( in verzekering bent gesteld) of nadat je al bij een rechter bent geweest dan moet hij dat schriftelijk aan je laten weten. Als hij de dagvaarding intrekt en verder niets laat weten, kan hij zomaar weer opnieuw dagvaarden, dat is dan ook niet seponeren. Heb je op het politiebureau of in het huis van bewaring in voorlopige hechtenis gezeten en jouw zaak wordt geseponeerd, dan heb je onder bepaalde omstandigheden recht op schadevergoeding. Vraag dat aan een advocaat, die zal dan voor jou het verzoek opstellen en indienen.

Straffen: de rechter kan, als hij vindt dat je iets strafbaars hebt gedaan, straffen opleggen. Dat kan gevangenisstraf zijn, voorwaardelijk of onvoorwaardelijk. Het kan ook een taakstraf in de vorm van een werkstraf of leerstraf zijn of hij kan vinden dat je een bepaald geldbedrag moet betalen (boete). Het kan ook een combinatie van straffen zijn.

Strafbaar Feit: een strafbaar feit betekent dat je iets gedaan hebt waarvan het Wetboek van Strafrecht (www.overheid.nl) zegt dat het niet mag en dat je ervoor gestraft kunt worden

Tenlastelegging: De tenlastelegging staat in je dagvaarding. Daar kun je vinden waarom je voor de rechter moet komen, welk artikel van de wet je overtreden hebt. Tijdens je aanhouding en erna bij de inverzekeringstelling kan het nog wel eens gebeuren dat de tenlastelegging verandert. Niet zozeer omdat jij achteraf iets anders gedaan blijkt te hebben, maar meer omdat het OM denkt zo een grotere kans op een veroordeling te maken.

Transactievoorstel: een transactievoorstel kan zowel van een politieagent komen als van de Officier van Justitie. Als je akkoord gaat met zo’n voorstel, betekent het dat je verdere vervolging voorkomt. Als je geen vaste woon- of verblijfplaats hebt, word je meestal pas in vrijheid gesteld als je het transactie bedrag hebt betaald, omdat er anders een risico zou kunnen bestaan dat je een eventuele straf ontloopt. Aan de andere kant mis je op die manier de kans je zaak voor te leggen aan een rechter, als je het er niet mee eens bent. Vaak betalen mensen transactievoorstellen omdat ze geen problemen willen krijgen, omdat het in de prakijk meer geld kost om een advocaat in te huren en een dag vrij te nemen en nog tal van andere redenen, terwijl zij eigenlijk niet schuldig zijn.

Verhoor: Als je aangehouden bent kun je verhoord worden. Zodra je in een cel zit komt meestal na niet al te lange tijd een (hulp)officier van Justitie langs. Die moet op basis van een kort verhoor beslissen of je wel terecht vastgehouden wordt. Als hij het er niet mee eens is dat je vastzit, wordt je gelijk vrijgelaten. Later kun je nog een keer verhoord worden door politieagenten. Let goed op wat je zegt. Je hoeft in zo’n verhoor niets te zeggen, je mag zelfs gewoon zwijgen. Als je wat zegt, laat je dan vooral geen woorden in de mond leggen door een politieambtenaar, gebruik je eigen woorden. Laat je ook niet onder druk zetten door vragen die je al min of meer schuldig maken. Van dat verhoor wordt een Proces Verbaal(woordelijk verslag) gemaakt. Dat moet je goed lezen. Daarna word je gevraagd of je het ermee eens bent en of je het wilt ondertekenen. Onderteken alleen als je het er helemaal mee eens bent, vraag anders of het veranderd kan worden. Nog verstandiger is het helemaal niets te zeggen tijdens een verhoor, tot je een advocaat gesproken hebt. Dit kan wel een paar dagen duren, maar het kan ook heel goed dat je die dagen anders ook vast zou zitten…Een eenmaal opgetekend Proces Verbaal wordt, ook als het niet ondertekend is, als bewijs bij de rechtzaak gebruikt! Als je het niet wilt ondertekenen omdat je het er niet mee eens bent, laat dan in het Proces Verbaal zetten dat je het om die reden niet wilt ondertekenen. Dan kan de rechter dat lezen, als hij het stuk onder ogen krijgt.

Vervolgen: iemand wordt door het OM vervolgd als hij een dagvaarding krijgt om voor de rechter te verschijnen. Het OM probeert dan te bewijzen dat diegene een strafbaar feit heeft gepleegd en hem daarvoor veroordeeld te krijgen. Het OM volgt een beleid op vervolging, sommige strafbare zaken worden in een bepaalde tijd belangrijker gevonden dan in een andere periode. Voor dat beleid worden richtlijnen opgesteld. Je kunt een brief schrijven naar de Officier van Justitie, om hem te vragen af te zien van vervolging. Ook hier geldt weer dat je dan moet zorgen dat je een ontvangstbewijs krijgt van de door jou gestuurde brief en zelf een kopie van het origineel bewaart, met handtekening. Meestal wordt er niet echt en zeker niet snel op gereageerd, maar het kan zeker geen kwaad.

Voorwaardelijk: als je een voorwaardelijke straf krijgt betekent dat, dat je die straf alleen hoeft te ondergaan (het betalen van de geldboete of het uitzitten van je gevangenisstraf) als je je opnieuw schuldig maakt aan een (soortgelijk)strafbaar feit. Er wordt een termijn van de proeftijd (zo lang geldt de dreiging van het alsnog ten uitvoer leggen van een voorwaardelijke straf) aan vastgezet, vaak van twee jaar. Je kunt ook een gedeeltelijk voorwaardelijk en gedeeltelijk onvoorwaardelijke straf krijgen. Voor het onvoorwaardelijke gedeelte zal de straf ten uitvoer gelegd worden (dat betekent dat je de gevangenis in moet of de boete moet betalen).