Woensdag 1 september kwam ik beneden en zag een tafeltje staan en vroeg me af hoe het er kwam. Bas en Bernd stonden voor mijn neus. Die zeiden dat het pand van voorheen slagerij Spaans ontruimd werd. Ik dacht ik pak gelijk mijn digitale camera, misschien moeten er nog foto’s gemaakt worden. Er liep een agent weg richting de kleine Spuistraat. Ik kwam aan bij Spaans, de vriendin van Boris vroeg mij een foto van hem te maken, omdat hij zijn dienstnummer en naam niet wilde geven. Ik ben er snel achteraan gelopen en we waren op het hoekje bij de Voorstraat, hij wilde net de bocht omgaan, toen ik hem riep. Hij draaide zich om en ik nam een foto van hem. Toen liep hij direct dreigend en boos op me af en pakte me heel stevig vast bij mijn hand waarin ik de camera had. Hij deed me pijn. Ik vroeg aan hem om me los te laten. Hij vertelde mij dat ik gearresteerd was, hij zei op dat moment niet waarom. Hij heeft me meegenomen naar bureau Groenmarkt, mij daar op een bankje neergezet. Toen wilde ze mijn naam weten en die weigerde ik te geven omdat ik niks gedaan had. Mijn oom die ook agent is herkende mij en noemde mijn naam. Toen vroegen zij of ik nog steeds niet mijn naam wilde geven en dat wilde ik niet. Ze brachten me over naar het hoofdbureau Naussauweg rond 13.00 uur. Daar hebben ze mij gefouilleerd, vingerafdrukken genomen. Ze hebben me toen in een cel gezet. Later kwam de officier van Justitie die me bij mijn naam noemde en mij vroeg waarom ik zo kinderachtig was. Hij zei toen dat ik niks had gedaan en dat ik vrijgelaten zou worden. Ik werd verdacht van het schenden van het portretrecht. De officier vond dat ik het niet had geschonden. De foto hadden ze zelf verwijderd door op knopjes te drukken. De officier was bang dat ik die foto in linkse, anarchistische blaadjes zou gaan zetten. Ik heb gezegd dat dat niet mijn bedoeling was.
Ik zou de agent die me aangehouden heeft – hij is groter dan ik, een beetje ouder ongeveer 40 en een beetje grijs en wat dikker – wel herkennen. Ze hebben me zes uur vastgehouden op het bureau.
‘s avonds na het eten keek ik uit mijn raam en dacht ‘wat is dat, een sloopmachine bij Spaans’ We zijn gaan kijken bij Spaans een hijskraan stond midden op de weg,onveilig. Er zijn door ons foto’s gemaakt. Ik ben de politie gaan bellen, ze zouden komen als ze tijd hadden. Er kwamen twee jonge agenten op de fiets, die stonden bij het verkeerde kraakpand. Ze riepen er iemand van hogere rang bij, dat was de officier van Justitie van die middag. Ze hebben de burgemeester gebeld en die gaf toestemming het pand van binnen verder te slopen. Ik ben toen naar huis gegaan.
Dordrecht 29 september 2004,
Bambi